Engelse spreekwoorden

Engelse spreekwoorden

Het leren van Engelse spreekwoorden (proverbs) is een leuke manier om wat van de Engelse taal en cultuur op te steken. Het letterlijk vertalen van Nederlandse naar Engelse spreekwoorden, of andersom, kan voor hilarische momenten zorgen. Het is altijd leuk om met 'native speakers' op deze manier 'small talk' te bedrijven.

Het leukste is dan om in eerste instantie de Nederlandse spreekwoorden letterlijk te vertalen naar het Engels en dan daarna samen proberen het Engelse equivalent te zoeken, als die er is tenminste.

Zoals eerder gezegd leer op je op deze manier niet alleen iets van de taal maar ook van de cultuur. Je zult overigens zien dat veel van onze spreekwoorden niet in het Engels voorkomen. Andersom is wat lastiger, want dan verwacht je van je gesprekspartner dat hij ook aardig wat Nederlands spreekt. Het spreekt voor zich dat je om dit woordspelletje te kunnen spelen al over een aardige vocabulaire moet beschikken.

Hieronder hebben we een hele serie Nederlandse spreekwoorden gegeven met de letterlijke vertaling naar het Engels en de juiste Engelse variant hiervan. We hebben er weer een soort testje van gemaakt waarbij je zelf moet aangeven welke de correcte Engelse variant is. Aan het einde kun je je score checken. Heb je geen zin om alle vragen te beantwoorden kijk dan onderaan deze pagina voor de juiste Engelse vertalingen.


Eerste spreekwoordentest

Tweede spreekwoordentest











De juiste Engelse vertalingen van de eerste test nogmaals onder elkaar:

  1. Een vlag op een modderschuit = To polish a turd
  2. Gedane zaken nemen geen keer = No use crying over spilt milk
  3. Het doel heiligt de middelen = The end justifies the means
  4. Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel = While the cat is away, the mice will play
  5. De handdoek in de ring gooien = Throwing in the towel
  6. De baby met het badwater weggooien = Throw the baby out with the bath water
  7. Water naar zee dragen = Carrying coals to Newcastle
  8. Na regen komt zonneschijn = Every cloud has a silver lining
  9. Spreken is zilver, zwijgen is goud = Silence is golden
  10. Storm in een glas water = Tempest in a tea pot
  11. Appels met peren vergelijken = To compare apples and oranges
  12. Blaffende honden bijten niet = His bark is worse than his bite
  13. De wens is de vader van de gedachte = Wishful thinking
  14. Een kat in de zak kopen = Buying a pig in a poke
  15. Oost west, thuis best = Home sweet home
  16. Uit het oog, uit het hart = Out of sight, out of mind
  17. Boontje komt om zijn loontje = Harm watch, harm catch
  18. Dikke vrienden (van elkaar) = Thick as thieves
  19. Beter éénn vogel in de hand dan tien in de lucht = A bird in the hand is worth two in the bush
  20. Een appeltje voor de dorst = Save (something) for a rainy day

De juiste Engelse vertalingen van de tweede test nogmaals onder elkaar:

  1. Dieven met dieven vangen = Set a thief to catch a thief
  2. Door de bomen het bos niet meer zien = Can't see the forest for its trees
  3. Hoogmoed komt voor de val = Pride comes before a fall
  4. Wie dan leeft, wie dan zorgt = Don't cross the bridges before you come to them
  5. Waar gehakt wordt vallen spaanders = If you want to make an omelet, you have to break some eggs
  6. De mens wikt, maar God beschikt = Man proposes, God disposes
  7. Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding = A golden bit does not make the horse any better
  8. Geef hem een vinger en hij neemt de hand = Give him an inch and he will take a yard
  9. Men moet de dag niet prijzen voor het avond is = Don't count your chickens before they are hatched
  10. Een ongeluk komt zelden alleen = It never rains, it pours
  11. Stille wateren hebben diepe gronden = Still waters run deep
  12. Twee vliegen in één klap slaan = To kill two birds with one stone
  13. Wie het eerst komt, het eerst maalt = First come, first served
  14. Oude liefde roest niet = True love never grows old
  15. Je moet niet op één paard wedden = Don't put all your eggs in one basket
  16. Eigen haard is goud waard = A man's home is his castle
  17. Beter een half ei dan een lege dop = Half a loaf is better than none
  18. De laatste druppel doet de emmer overlopen = The last straw breaks the camel's back
  19. Haast je langzaam = More speed, less haste
  20. Geduld is een schone zaak = Patience is a virtue

Van Engelse spreekwoorden terug naar de nieuwspagina



© 2009- Thuis-Engels-Leren.nl contact privacybeleid